3 november 2017. De AOW-leeftijd gaat in 2023 niet verder omhoog. Dit kan men concluderen uit de jongste prognoses van de levensverwachting op 65-jarige leeftijd van CBS. CBS verwacht in 2023 een levensverwachting op 65-jarige leeftijd van 20,5 jaar. Bij de prognose van vorig jaar werd voor 2023 nog uitgegaan van een resterende levensverwachting van 20,7 jaar. De resterende levensverwachting in 2023 valt nu zelfs iets lager uit dan de resterende levensverwachting in 2022 volgens de prognose van 2016.
De levensverwachting in 2023 valt in de nieuwste prognose lager uit dan in de prognose van 2016 doordat de nieuwe prognose gebaseerd is op recentere sterftecijfers dan de prognose van 2016. In de laatste vier maanden van 2016 en de eerste acht maanden van 2017 stierven meer mensen dan in de oudere prognose was verwacht. Dergelijke fluctuaties in de feitelijke sterfte zorgen ieder jaar voor kleine schommelingen in de levensverwachting. Tot en met 2021 gaat de AOW-leeftijd stapsgewijs omhoog. Daarna wordt de verhoging van de AOW-leeftijd bepaald aan de hand van de levensverwachting in een bepaald jaar. Die verhoging wordt vijf jaar van te voren vastgesteld aan de hand van de prognoses van CBS en een formule die in de Wet AOW is opgenomen. De prognose voor de resterende levensverwachting in 2023 leidt ertoe dat in dat jaar de AAO-leeftijd niet zal worden verhoogd. Overigens zou ook met de prognose van vorig jaar de AOW-leeftijd in 2023 niet omhoog gaan. Op grond van een toen gepubliceerde prognose van de resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd in de komende decennia zou de AOW-leeftijd tot 2040 om het jaar stijgen tot uiteindelijk 69,5 jaar in 2040. Bron: CBS 3-22-2017